NEN 3140: Vijf cruciale feiten die bijna niemand weet

Wil je je NEN 3140 certificaat halen, maar weet je niet precies waar je moet beginnen? Je bent niet de enige. Bijna wekelijks krijgen we de vraag of we een training willen verzorgen, maar als we vragen of ze een aanwijzing hebben weet bijna niemand wat dat is. En dat is niet zo gek want de regels en criteria zijn persoonlijk van aard en wat voor de ene persoon van toepassing is, kan voor een andere persoon weer verschillen.

In dit artikel geven we antwoord op vijf cruciale vragen die betrekking hebben op deze norm.

1. Is NEN 3140 verplicht?

Nee, in Nederland is dit geen wettelijk verplichte norm. Wel wordt het sterk aanbevolen om aan deze norm te voldoen, hij is speciaal ontwikkeld om jouw veiligheid en de veiligheid van je werknemers te waarborgen.

Volgens de Arbowet moeten werkgevers zorgen voor een risicobeoordeling en maatregelen nemen om risico’s te beheersen, inclusief elektrische risico’s. NEN 3140 kan als een praktische gids dienen om aan deze wettelijke verplichtingen te voldoen.

De norm is van toepassing op laagspanningsinstallaties. Dat zijn alle installaties die gebruikt worden voor verlichting, stopcontacten en andere typische huishoudelijke voorzieningen.

2. Wanneer moet je over een NEN 3140 certificaat beschikken?

Hoewel het niet wettelijk verplicht is, kan een aannemer of opdrachtgever het wel van zijn onderaannemers eisen. Helemaal als deze aan elektrische installaties werken, zoals zonnepanelen- of laadpaalmonteurs.

Bovendien is een werkgever aansprakelijk, dat geldt ook voor zzp’ers. Wanneer er een ongeval of incident plaatsvindt en het blijkt dat de werkgever niet heeft voldaan aan de geldende veiligheidsnormen, waaronder NEN 3140, kan dit leiden tot juridische aansprakelijkheid voor de werkgever.

Het is zelfs zo dat sommige verzekeringsmaatschappijen eisen dat bedrijven voldoen aan specifieke normen, zoals NEN 3140, om dekking te behouden in het geval van schade als gevolg van elektrische problemen.

3. Wie geeft een aanwijzing?

Officieel krijg je een aanwijzing van je leidinggevende binnen het bedrijf waar je werkt. Voornamelijk is de werkgever of directie verantwoordelijk voor de veiligheid en moet deze het aanwijzingsbeleid reguleren. Je kunt je voorstellen dat een directeur wel andere dingen aan zijn hoofd heeft, vooral bij een groot bedrijf. In zo’n geval stelt de directie een werkverantwoordelijke of installatieverantwoordelijke aan. Bij een klein bedrijf of zzp’er is de eigenaar de werkverantwoordelijke.

De werkverantwoordelijke geeft een aanwijzing tot VOP’er of VP’er. Dit gebeurt op basis van de kennis van elektriciteit, componenten en werkzaamheden. Een aanwijzing moet altijd schriftelijk worden vastgesteld. Hierin staat duidelijk omschreven welke verantwoordelijkheden en bevoegdheden de werknemer heeft.

4. Wat moet er in een aanwijzing staan?

In een aanwijzing  staat duidelijk omschreven welke verantwoordelijkheden en bevoegdheden de werknemer heeft met betrekking tot elektrische installaties. Ook is er een kader opgenomen waarin de werkzaamheden worden beschreven. Deze zijn gebaseerd op de kennis en ervaring van de desbetreffende persoon. De aanwijzing is dus heel persoonlijk en specifiek voor een individu.

Niet alleen de verantwoordelijke, ook de aangewezen persoon moet ervan overtuigd zijn dat hij voldoende kennis en middelen tot zijn beschikking heeft om deze rol te vervullen.

In bijlage D.2. van de NEN 3140 staat in een globale procedure en aanwijsmatrix omschreven aan welke criteria een werknemer moet voldoen om een aanwijzing te krijgen. Kleine organisaties kunnen onderstaand aanwijsformulier als voorbeeld gebruiken.

Voorbeeld Aanwijzing NEN 3140

5. Hoe lang is een NEN 3140 aanwijzing geldig?

Werknemers en zzp’ers met een aanwijzing moeten periodiek op herhalingscursus om hun kennis en vaardigheden op het gebied van elektrische veiligheid up-to-date te houden. De frequentie van deze herhalingstraining is afhankelijk van de werkplek, de specifieke taken en de bedrijfsvoorschriften.

Dat klinkt nogal vaag, daarom is in bijlage E van de NEN 3140 een handige tabel opgenomen waarmee je eenvoudig de frequentie van herhalingstrainingen bepaalt. De factoren die meewegen zijn o.a. ervaring, aard van werkzaamheden en de frequentie waarmee de werkzaamheden worden uitgevoerd. De som van deze factoren geeft het maximale termijn tussen twee opeenvolgende instructies. Deze schommelt tussen één en vijf jaar. De meeste bedrijven houden een periode van twee jaar aan.

 

En? Ben jij of je personeel alweer toe aan een herhaaltraining? Inschrijven doe je via de opleidingspagina.

Advies nodig?

Wij helpen je graag!

Michel Klok

Wil jij alles weten over F-gassen?

Volg dan onze cursus F-gassen categorie 1.  Hier leer je alles over:

  1. Koudemiddelen handelingen volgens de juiste procedure
  2. Monteren en solderen in praktijksituaties
  3. Theorie over koudetechniek
  4. Installatie & inspectie
In 10 dagen gecertificeerd

Koeltechniek (10)

Elektrotechniek (3)

Logistiek & Veiligheid (8)

Klimaattechniek (2)

Soft Skills (3)

Installatietechniek (3)